“He
asociale Phubber, mag ik even je aandacht?!”
Phubbing
is het fenomeen waarbij je iemand negeert – snubbing – omdat je op je telefoon
– phone– kijkt. Al in oktober 2013 is dit woord bedacht door een groep communicatiedeskundigen
en journalisten aan de universiteit van Sydney. Om de aandacht te vestigen op
een nieuw online woordenboek introduceerden zij dit nieuwe woord. Het woord klinkt
veel mensen misschien nieuw in de oren, maar het fenomeen is voor ieder
herkenbaar. Iets waaraan ook aandacht moet worden besteed in mediaopvoeding en
voorlichting. Een nieuwe vorm van communiceren waaraan we moeten wennen? Of een
asociale omgangsvorm?
Hallo,
hoor je mij?
Steeds vaker raak ik in verwarring tijdens een gesprek
omdat mijn gesprekspartner zijn blik strak op zijn smartphone heeft gericht. Ik
voel vertwijfeling, ‘ben ik nog in gesprek met deze persoon?’ ‘Is het gesprek
afgelopen, moet ik weglopen?’. Vervolgens vervolgt de ander abrupt het gesprek
alsof het nooit onderbroken was.
Tot mijn schrik betrap ik mezelf op hetzelfde gedrag als
mijn zoon een lang verhaal over superhelden afsteekt. Ik lees op mijn telefoon
wat berichten terwijl ik luistergeluiden maak naar mijn zoon en mijn telefoon
van hem afgewend hou. Alarm! Waar is mijn pedagogisch verantwoorde luisterhouding
en doe ik dit ook tegenover volwassenen? Wat moeten we aan met deze nieuwe
gewoonte? Tijd voor (zelf)onderzoek.
Wat
vinden jongeren ervan?
Ik google het fenomeen en kom het woord phubbing tegen.
Nadat het woord in 2013 is bedacht is er niet veel aandacht aan besteed. Er is
een facebookpagine ‘Stop Phubbing’ waar –vaak hilarische- plaatjes en spreuken
worden gedeeld over het antisociale aspect van phubbing https://www.facebook.com/groups/172522726210983
Er is een website, www.stopphubbing.com waar
feiten en getallen worden genoemd, bijvoorbeeld dat 87% van de jongeren liever
communiceert via tekst dan face-to-face.
Ik informeer bij een groep jongeren uit havo. Zij kwamen
met verrassende en eerlijke antwoorden. Het is bekend dat jongeren
vriendschappen hebben en onderhouden op verschillende platformen zoals
WhatsApp, Instagram, Facebook en Snapchat. De jongeren ervaren een gevoel van
stress (ofwel ‘FOMO’ – Fear Of Missing Out) als ze te lang hun berichten niet
kunnen lezen. De definitie van ‘te lang’ is volgens hen enkele uren tot zelfs
enkele minuten! Dus logisch dat je even tussendoor op je beeldscherm kijkt en
snel wat berichten post, ook tijdens lessen en gesprekken.
Op de vraag hoe ze het zelf ervaren als iemand op zijn
telefoon kijkt tijdens het luisteren naar jou, antwoorden ze dat het afhangt
van degene met wie je praat. Tijdens het gesprek met een leerkracht of een
ouder kun je het beter niet doen, maar
bij je vrienden is het geen probleem. Je wilt immers niets missen. Voor
jongeren uit deze klas is phubbing dus min of meer geaccepteerd hoe zit het bij
volwassenen?
Het
goede voorbeeld; makkelijker gezegd van gedaan.
In een intervisie groep met collega pedagogen gooi ik het
onderwerp ook eens op tafel. De reacties zijn eenduidig; verontwaardiging en
irritatie alom. Phubbing is asociaal, onnodig en er moeten in groepen
duidelijke regels over worden gesteld. In dezelfde sessie gebeurt het twee keer
dat een intervisie deelnemer de vraag niet hoort omdat zij bezig is op haar
smartphone. Oeps, gevalletje
wat-weten-we-het-goed-te-vertellen-maar-we-geven-liever-niet-het-juiste-voorbeeld.
Na rondvragen aan vrienden en collega’s blijkt dat ook
tijdens vergaderingen phubbing meer regel dan uitzondering is. Het grootste deel
van de werknemers ergert zich eraan maar geeft toe er zelf aan mee te doen.
Soms als vlucht uit een lange saaie vergadering, soms als noodzaak om
bijvoorbeeld even te checken of je ergens anders ook nodig bent, multitasken
dus. Vooral vrouwen gebruiken de telefoon als hulpmiddel om nog meer dingen
tegelijkertijd te doen. Tussen werktaken door even een appje naar je zoon, een
digitaal boodschappenlijstje doorsturen, even een online kaartje naar die ene
collega, een afspraak verzetten, etc. Handig dus en niets asociaals aan. Toch?
Een
nieuwe vaardigheid
Tijdens opleiding en cursussen hebben we braaf de
vuistregels geleerd van gesprekstechnieken. Moeten we deze methoden overboord
gooien omdat ze zijn bedacht in een tijd dat de dag niet gevuld was met piepjes
en gezoem van mobiele apparaten?
Nee, het feit dat er een soort gedoogbeleid is ontstaan bij
phubbing, betekent niet dat we het dan maar moeten accepteren. Ik ben me ervan
bewust dat ik zelf ook moet afleren te vaak op mijn telefoon te kijken, als ik
van anderen eis dat ik de volle aandacht krijg in een gesprek. Dus ik ga het
wel proberen.
Ik leer kinderen en jongeren dat je omgangsvormen en
afspraken samen maakt. Ik ga het onderwerp phubbing dan ook opnemen als
onderwerp in mijn trainingen en voorlichting over mediaopvoeding. Net als omgangsregels
kunnen hier per groep afspraken over worden gemaakt. Geen regels opgelegd door
één persoon maar afspraken die in samenwerking tot stand zijn gekomen. Kinderen
zijn prima in staat om hierover mee te denken. Als we beginnen met afspraken in
een kleine groep, dan kan bewustwording en aanpassing ervoor zorgen dat het ook
invloed zal hebben op grotere groepen mensen.
Ik hoop dat het effect zal zijn dat het hele woord
‘phubbing’ niet meer grappig klinkt als een soort wiebelende dansvorm, maar een
duidelijke afkeurende betekenis krijgt: “Hallo asociale Phubber, mag ik even je
aandacht !?”
Ik hoor graag reacties en tips over hoe hiermee om te gaan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten